het nemen van betaalde en onbetaalde werktijd samen, Amerikaanse mannen en vrouwen in de werkende leeftijd verschillen zeer weinig in hun totale werktijd. Uit Analyses van samengevoegde gegevens uit de American Time Use Survey van 2003 tot 2011 blijkt dat mannen gemiddeld ongeveer 10 uur meer dan vrouwen per week aan betaald werk besteden, hoewel vrouwen ongeveer zes uur meer dan mannen aan huishoudelijk werk en ongeveer drie extra uren aan kinderopvang besteden, waardoor de totale werktijd op 45 komt.6 uur per week voor mannen en 45,2 uur voor vrouwen.

mannen besteden echter meer tijd dan vrouwen aan vrijetijdsbesteding, waaronder TV-tijd, spelen, sporten en een reeks andere activiteiten.27 de genderkloof op het gebied van vrijetijdsbesteding bedraagt ongeveer vijf uur per week.

kinderen thuis hebben verandert het tijdgebruikspatroon van mensen. Mannen met kinderen besteden meer uren aan betaald werk, terwijl het tegenovergestelde waar is voor vrouwen. Vaders met kinderen jonger dan 18 jaar besteden gemiddeld 38 uur per week aan betaald werk, zeven uur meer dan het bedrag van de betaalde werktijd besteed door mannen die geen kinderen thuis, maar moeders besteden minder tijd aan betaald werk dan vrouwen in de werkende leeftijd zonder kinderen thuis (22 uur per week VS.25 uur).

ondanks het feit dat moeders nog steeds meer huishoudelijk werk en kinderopvang doen dan vaders, bedraagt de totale arbeidstijd van vaders (inclusief onbetaald werk thuis) eigenlijk twee uur meer dan die van moeders. Vaders hebben ook meer vrije tijd dan moeders; de kloof is dicht bij drie uur per week. Voor volwassenen die thuis geen jonge kinderen hebben, is de genderkloof voor de totale arbeidstijd minimaal, hoewel de vrijetijdskloof groter is: mannen zonder jonge kinderen thuis besteden ongeveer vijf uur per week meer aan vrije tijd dan vrouwen in dezelfde situatie.sinds het midden van de jaren zestig is de totale arbeidstijd voor ouders licht toegenomen en is de kloof tussen vaders en moeders vrij klein. In 1965 brachten vaders in de werkende leeftijd ongeveer 49 uur per week door in betaald en onbetaald werk gecombineerd; moeders brachten 51 uur per week door.

De verdeling van de arbeidstijd voor moeders en vaders is echter drastisch veranderd. In 1965 werd 83% van de arbeidstijd van moeders besteed aan huishoudelijk werk en zorg voor kinderen; het aandeel onbetaald werk voor vaders bedroeg slechts 14%. Meer dan vier decennia later is de totale arbeidstijd van vaders gestegen tot ongeveer 54 uur per week; hun aandeel in onbetaald werk bedraagt ongeveer 31%. De totale arbeidstijd van de moeder is in 2011 ook licht gestegen tot bijna 53 uur per week, maar hun aandeel onbetaald werk is gedaald tot ongeveer 60%.

vaders en moeders in verschillende gezinssituaties

terwijl het totale aantal huwelijken aanzienlijk is gedaald, zijn de meeste ouders met kinderen thuis getrouwd. Volgens de gepoolde ATUS-gegevens van 2003-2011 is ongeveer 80% van de ouders in de leeftijd van 18 tot 64 jaar met kinderen jonger dan 18 jaar getrouwd en woont ze samen met een echtgenoot, is nog eens 16% van de ouders dat niet en woont ongeveer 4% van de ouders samen met een partner. Vaders hebben meer kans dan moeders om te trouwen en wonen met een echtgenoot.

vergeleken met alleenstaande vaders en vaders die met een partner leven, werken getrouwde vaders het langst en genieten ze de minste vrije tijd. Hun tijd in het huishouden en de kinderopvang is relatief hoog ook. Alleenstaande vaders besteden 10 uur per week in het huishouden (vergelijkbaar met getrouwde vaders), maar minder tijd in de kinderopvang dan mannen die getrouwd zijn of samenwonen. Vaders die bij een partner wonen hebben de meeste vrije tijd, gemiddeld 33 uur per week.

net als getrouwde vaders besteden getrouwde moeders minder vrije tijd dan moeders in andere gezinssituaties. Gehuwde moeders brengen het langst tijd door in het huishouden (19 uur per week), vergeleken met alleenstaande moeders (14 uur) of moeders die samen met een partner wonen (16 uur). Alleenstaande moeders besteden minder tijd aan kinderopvang dan gehuwde of samenwonende moeders, maar hun uren aan betaald werk zijn langer dan voor moeders in andere gezinssituaties.

genderkloof onder gehuwde of samenwonende echtparen

ouders die met een partner leven zijn een kleine minderheid van de ouders (4%). Vergeleken met echtparen zijn samenwonende paren jonger, lager opgeleid en hebben ze minder kans op werk. Ze hebben ook minder kinderen thuis dan echtparen, en hun kinderen zijn een beetje jonger.28

uitgaande van de maatstaf van de totale werkbelasting zijn echtparen met kinderen egalitarischer dan samenwonende paren. Gemiddeld bedraagt de tijd van gehuwde vaders in betaald en onbetaald werk 55,5 uur per week, 1,4 uur meer dan die van gehuwde moeders. De totale werkuren voor samenwonende vaders zijn bijna drie uur minder dan die van samenwonende moeders.

vergeleken met samenwonende echtparen lijken echtparen meer “gespecialiseerd” te zijn in de verdeling van hun tijd: vaders besteden meer tijd aan betaald werk, en moeders nemen meer huishoudelijk werk en kinderopvang over. Getrouwde vaders besteden 18 uur per week meer in betaald werk dan getrouwde moeders doen, en in ruil daarvoor, moeders besteden ongeveer 10 uur meer in het huishouden en zeven uur meer in de kinderopvang, waardoor de totale werktijd van getrouwde vaders tot ongeveer een uur per week meer dan moeders.

vaders die met een partner samenwonen besteden veel minder tijd aan betaald werk dan gehuwde vaders, maar moeders die samenwonen besteden ongeveer evenveel tijd aan betaald werk als gehuwde moeders. Het resultaat is dat de genderkloof in betaald werk onder samenwonende paren kleiner is dan onder gehuwde paren. Samenwonende moeders besteden minder tijd dan getrouwde moeders in het huishouden (16 uur per week VS.19 uur), maar hun kinderopvang tijd is ongeveer hetzelfde. De langere werktijden van samenwonende moeders in kinderopvang en huishoudelijk werk worden niet gecompenseerd door langere betaalde werkuren van hun partners, en daarom is de genderkloof in de totale arbeidstijd tussen samenwonende paren eigenlijk groter.

vaders hebben meer vrije tijd dan hun partners, ongeacht de burgerlijke staat.

Hoe zien koppels de arbeidsverdeling thuis?

op de vraag hoe de kinderopvang thuis is verdeeld, erkennen Vier op de tien vaders dat hun partners meestal meer doen dan zij doen: slechts 5% zegt dat zij meer kinderopvang doen dan hun partners. De helft van de moeders zegt dat ze meer doen dan hun partners; slechts 4% zegt dat hun partners meer kinderopvang verzorgen. Ongeveer de helft van de vaders (53%) zegt dat zij de zorgtaken gelijkelijk delen met hun partners, tegenover 44% van de moeders.

vaders en moeders lijken het minder eens te zijn over wie meer huishoudelijke taken en verantwoordelijkheden op zich neemt. Drie op de tien vaders zeggen dat hun partners meer huishoudelijk werk doen dan zij, en één op de tien zegt dat ze meer huishoudelijk werk doen dan hun partners. Een hoger percentage moeders (54%) zegt dat zij meer huishoudelijke taken verrichten; slechts 6% zegt dat hun partners meer doen.

vanuit vaders perspectief is huishoudelijk werk meer een gedeelde taak. Zes op de tien vaders die getrouwd zijn of samenwonen met een partner zeggen dat ze de huishoudelijke taken en verantwoordelijkheden gelijkelijk delen met hun partners; 40% van de moeders zeggen hetzelfde.

paren met twee verdieners

onder ouders in de werkende leeftijd met jonge kinderen die gehuwd zijn of met een partner leven, bestaat de meerderheid (59%) Uit paren met een dubbel inkomen en een extra daling van 32% in het patroon van “Ozzie en Harriet”, waar vader de kostwinner is en moeder de huisvrouw. Ongeveer 6% van de paren heeft het traditionele model omgekeerd met moeders steeds de enige zorgverlener voor het gezin. Voor een kleine groep paren (3%) werkt geen van beide ouders voor loon.Aangezien beide partners werk-en thuisverantwoordelijkheden moeten combineren, is de totale arbeidstijd van tweeverdieners vrij gelijk: 58 uur per week voor vaders en 58,6 uur voor moeders. Paren met een dubbel inkomen verdelen hun werk niet per se op een 50-50 manier. Vaders besteden ongeveer 42 uur per week aan het betaalde werk, bijna 11 uur meer dan moeders. Moeders, in plaats daarvan, besteden meer uren in kinderopvang en huishoudelijk werk dan vaders. Vaders in huishoudens met twee inkomens hebben echter meer vrije tijd dan moeders, dus het verschil is 4,5 uur per week.

een reden dat werkende moeders minder tijd inloggen op betaald werk is dat ze veel meer kans hebben dan vaders om parttime te werken. In 2011 werkte slechts ongeveer 7% van de vaders tussen 18 en 65 jaar deeltijds, tegenover ongeveer 27% van de moeders.30

thuisblijvende vaders Versus thuisblijvende moeders

thuisblijvende vaders komen veel minder vaak voor dan thuisblijvende moeders. Slechts ongeveer 6% van de vaders die getrouwd zijn of samen met een partner wonen, blijft thuis en zorgt voor kinderen en het huis, tegenover 30% van de moeders in een soortgelijke regeling. Vergeleken met vaders die ofwel in dual-verdiener regelingen of zijn de enige verdiener voor het gezin, stay-at-home vaders zijn iets ouder (de gemiddelde leeftijd is 41), minder kans om blank en college opgeleid. Stay-at-home moeders zijn iets jonger dan moeders die werken voor loon (Leeftijd 36 vs.38), ze hebben de neiging om meer kinderen en hun kinderen zijn jonger ook.31

wanneer moeders de enige kostwinner in het gezin zijn, besteden ze ongeveer 25 uur meer per week aan totale werktijd, maar 20 uur minder aan vrije tijd dan hun niet-werkende partners. Wanneer werkende vaders daarentegen de enige kostwinner zijn, bedraagt hun totale werktijd ongeveer 11 uur per week meer dan hun partners en is hun vrije tijd ongeveer vier uur minder dan hun partners.

thuisblijvende vaders helpen meer bij huishoudelijk werk en kinderopvang dan werkende vaders. Ze doen gemiddeld ongeveer 18 uur per week huishoudelijk werk en 11 uur in de zorg voor de kinderen, het hoogste niveau van alle vaders. Hun huishouden en kinderopvang zijn langer dan die van hun partners, hoewel het verschil niet groot is. Huisvaders besteden ongeveer vier uur meer per week dan hun werkende partners aan huishoudelijk werk, en ongeveer twee uur meer per week aan kinderopvang. Toch is hun vrije tijd bijna het dubbele van die van hun partners (43 uur per week VS.23 uur).

daarentegen, wanneer moeders thuis blijven en vaders tegen loon werken, hebben ze gemiddeld ongeveer 26 uur per week huishoudelijk werk en ongeveer 20 uur kinderopvang, meer dan drie keer zoveel als wat hun werkende partners in deze activiteiten steken. Huismoeders hebben meer vrije tijd dan hun partners die voor loon werken, maar slechts met minder dan vier uur.

voor een kleine groep koppels met kinderen werkt geen van beide partners voor loon (ongeveer 3% van 2003 tot 2011). Interessant is dat wanneer er voor beide partners geen verplichting tot betaald werk is, moeders nog steeds bijna twee keer zoveel tijd doorbrengen in huishoudelijk werk en kinderopvang dan vaders (38 uur per week VS. 22 uur).

Vrije Tijd: waanidee of Real Deal?

vrije tijd wordt meestal gemeten aan de hand van de resterende tijd na aftrek van de tijd besteed aan betaald werk, huishoudelijk werk, kinderopvang, woon-werkverkeer en persoonlijke verzorging, terwijl vrije tijd meer gaat over tijd besteed aan activiteiten die betrekking hebben op ontspanning. Tussen 2003 en 2008 hadden vaders gemiddeld 32 uur vrije tijd per week; moeders hadden 31 uur.32 vaders hadden ook meer vrije tijd dan moeders, zoals eerder besproken in het hoofdstuk met behulp van 2003 tot 2011 ATUS: gemiddeld, vaders besteden ongeveer 28 uur per week aan vrijetijdsbesteding, ongeveer drie uur meer dan moeders.

vaders en moeders lijken hun vrije tijd anders te ervaren. Moeders’ vrije tijd wordt vaak onderbroken, wat het voor hen moeilijk kan maken om te ontspannen (Bianchi, et al. 2006; Mattingly & Bianchi 2003). Bovendien besteden moeders meestal meer tijd aan multitasking dan vaders; de extra uren die aan multitasking worden besteed, houden voornamelijk verband met de tijd die wordt besteed aan huishoudelijk werk en kinderopvang (aanbod & Schneider 2011).

in het recente Pew-onderzoek werd aan de respondenten gevraagd of zij vonden dat zij voldoende vrije tijd hadden om de dingen te doen die zij wilden doen. Verrassend genoeg worden er geen geslachtsverschillen gevonden over hoe mannen en vrouwen hun vrije tijd beoordelen, noch verschillen vaders en moeders in hun opvattingen. Meer dan Zes op de tien volwassenen zeggen dat ze over het algemeen het gevoel hebben dat ze genoeg vrije tijd hebben om de dingen te doen die ze willen doen.

volwassenen van 65 jaar of ouder hebben meer kans dan volwassenen op jongere leeftijd om te zeggen dat ze genoeg vrije tijd hebben, en de volwassenen in de 30 en 40 zijn het minst waarschijnlijk om dat te zeggen. Ongeveer acht op de tien volwassenen van 65 jaar en ouder (83%) zeggen dat ze genoeg vrije tijd hebben om de dingen te doen die ze willen doen, vergeleken met 63% van de volwassenen van 18 tot 29 jaar, 64% van die leeftijden van 50 tot 64 jaar en 52% van die leeftijden van 30 tot 49 jaar.

het krijgen van jonge kinderen wordt geassocieerd met hoe mensen zich voelen over hun vrije tijd. Zeven op de tien volwassenen die geen kinderen jonger dan 18 jaar hebben, zeggen dat ze voldoende vrije tijd hebben, tegenover 48% van de volwassenen met jonge kinderen. Zo ‘ n 72% van de volwassenen met volwassen kinderen ouder dan 18 jaar heeft het gevoel dat ze genoeg vrije tijd hebben om de dingen te doen die ze willen doen.

ongehuwde ouders hebben meer kans dan gehuwde ouders te zeggen dat ze niet genoeg tijd hebben om de dingen te doen die ze willen doen. En werkende ouders met jonge kinderen voelen een gebrek aan vrije tijd: Meer dan de helft (55%) zegt dat ze niet genoeg vrije tijd hebben en 44% zegt dat ze dat wel hebben. Werkende vaders en moeders zien hun vrije tijd op dezelfde manier.